NIEUWS
Tips voor ondernemers
Corrigeer btw auto in 4e kwartaal 2024
Als aan uw bedrijf in 2024 btw is gefactureerd in verband met de aanschaf, het onderhoud en het gebruik van de zakelijke auto, is deze btw aftrekbaar als voorbelasting. Tenminste, zolang u(w bedrijf) de auto heeft gebruikt voor belaste omzet. Heeft u de auto in 2024 mede voor privédoeleinden gebruikt? Pas dan daarvoor een correctie toe in uw laatste btw-aangifte van 2024. Wie het werkelijke privégebruik niet heeft bijgehouden, mag uitgaan van 2,7% van de catalogusprijs (inclusief btw en bpm). Voor bepaalde auto’s, waaronder auto’s die vijf jaar in de onderneming zijn gebruikt, mag u een forfait van 1,5% van de catalogusprijs (inclusief btw en bpm) hanteren.
Let op! Woon-werkverkeer telt voor de btw-heffing als privégebruik.
Vraag vóór 4 december 2024 om toepassing KOR
Bent u een Nederlandse ondernemer en komt uw jaaromzet in Nederland in 2024 niet boven de € 20.000 (exclusief btw) uit? Dan kunt u kiezen voor de kleineondernemersregeling btw (KOR). Het voordeel daarvan is dat u geen btw aan afnemers in rekening hoeft te brengen. Ook hoeft u geen btw-aangiften in te dienen Onder de nieuwe KOR hoeft een ondernemer zich niet aan te melden als zijn jaaromzet maximaal € 2.200 bedraagt. Daar tegenover staat dat u de voorbelasting op uw inkopen niet kunt aftrekken. Wilt u per 1 januari 2025 de KOR toepassen? Meld u zich dan uiterlijk 3 december 2024 aan bij de Belastingdienst.
Tip: Als u op 31 december 2024 al de huidige KOR toepast, wordt u geacht tijdig te hebben verzocht om per 1 januari 2025 de nieuwe KOR te mogen toepassen.
Vraag vóór 4 december 2024 om toepassing Europese KOR
Bent u een ondernemer die is gevestigd in een andere EU-lidstaat dan Nederland, bedraagt uw Nederlandse jaaromzet in 2024 maximaal € 20.000 exclusief btw en uw jaaromzet in de EU niet meer dan € 100.000? Dan kunt u per 1 januari 2025 de nieuwe Europese kleineondernemersregeling (KOR) toepassen over uw ondernemersprestaties in Nederland. Effectief gezien bent u dan een vrijgestelde ondernemer voor de omzetbelasting. U brengt dus geen btw in rekening, draagt geen btw af en vraagt geen voorbelasting terug. Om per 1 januari 2025 de Europese KOR te mogen toepassen, moet u zich in principe uiterlijk 3 december 2024 hebben aangemeld bij de Belastingdienst.
Wacht tot 2025 met verzoek om kwijtschelding voor natuurlijk persoon
Als een zakelijke schuld wordt kwijtgescholden, ontstaat bij de ondernemer winst. Voor de inkomstenbelasting is die winst vrijgesteld of wordt de winst verrekend met verrekenbare verliezen. Voor de toeslagen wordt echter geen rekening gehouden met verrekenbare verliezen. Een kwijtschelding kan in die situatie dus leiden tot geen of een lager recht op toeslagen. Dat is ongewenst. In dergelijke situaties wordt daarom op verzoek van de belastingplichtige bij de toeslagen geen rekening gehouden met kwijtscheldingswinst die niet geheel wordt vrijgesteld van inkomstenbelasting vanwege te verrekenen verliezen.
Let op! Dit is een specifieke regeling en betekent niet dat ander papieren inkomen voor de toeslagen ook buiten beschouwing kan worden gelaten.
Wacht tot 2025 met verzoek om kwijtschelding voor bv
Ondernemingen met meer dan € 1.000.000 aan verrekenbare verliezen en een belastbare winst (inclusief kwijtscheldingswinst) van meer dan € 1.000.000 betalen nu altijd vennootschapsbelasting. Dit kan het sluiten van een akkoord met schuldeisers hinderen. Daarom vindt per 1 januari 2025 een aanpassing plaats in de kwijtscheldingswinstvrijstelling in de vennootschapsbelasting. Heeft de onderneming meer dan € 1.000.000 aan verrekenbare verliezen? Dan is de kwijtscheldingswinst in dat jaar volledig vrijgesteld voor zover die meer bedraagt dan de overige verliezen in het jaar.
Let op! Zijn de aanwezige verrekenbare verliezen lager dan € 1.000.000, dan is de kwijtscheldingswinst alleen vrijgesteld voor zover die meer bedraagt dan de aanwezige verliezen.
Voer aandelenfusie uit met open cv of FGR
Open commanditaire vennootschappen (cv’s) zijn per 1 januari 2025 niet meer vennootschapsbelastingplichtig. Als een open cv nog bestaat op 1 januari 2025, wordt zij geacht op 31 december 2024 al haar vermogensbestanddelen te hebben overdragen tegen de waarde in het economische verkeer aan haar participanten. Dat betekent dus een fiscale afrekening bij de open cv en een belast vervreemdingsvoordeel bij de participanten. Maar de participanten kunnen de heffing over dit voordeel doorschuiven met een nieuwe aandelenfusiefaciliteit. Bij deze aandelenfusie verwerft een vennootschapsbelastingplichtig lichaam de aandelen in de open cv in ruil voor de afgifte van eigen aandelen. Wanneer de open cv niet langer vennootschapsbelastingplichtig is, geniet het verkrijgende lichaam een voordeel dat in principe valt onder de deelnemingsvrijstelling. Zowel in Nederland als in het buitenland woonachtige commanditaire vennoten (natuurlijk personen) kunnen gebruik maken van de voorgestelde aandelenfusiefaciliteit. Ook lichamen die belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting, kunnen deze faciliteit benutten. Dankzij deze aandelenfusiefaciliteit kan de participant die vermogensbestanddelen ter beschikking stelt aan de open cv ook directe fiscale afrekening over zijn terbeschikkingstelling voorkomen. Een vergelijkbare problematiek kan een rol spelen bij een open fonds voor gemene rekening (OFGR), dat op 1 januari 2025 niet meer voldoet aan de nieuwe voorwaarden voor vennootschapsbelastingplicht voor een OFGR. Ook dan kan een aandelenfusie uitkomst bieden.
Tip: De aandelenfusie mag plaatsvinden met een bijbetaling van maximaal 10% van het aandelenkapitaal.
Voer aandelenfusie uit met open cv of FGR
Open commanditaire vennootschappen (cv’s) zijn per 1 januari 2025 niet meer vennootschapsbelastingplichtig. Als een open cv nog bestaat op 1 januari 2025, wordt zij geacht op 31 december 2024 al haar vermogensbestanddelen te hebben overdragen tegen de waarde in het economische verkeer aan haar participanten. Dat betekent dus een fiscale afrekening bij de open cv en een belast vervreemdingsvoordeel bij de participanten. Maar de participanten kunnen de heffing over dit voordeel doorschuiven met een nieuwe aandelenfusiefaciliteit. Bij deze aandelenfusie verwerft een vennootschapsbelastingplichtig lichaam de aandelen in de open cv in ruil voor de afgifte van eigen aandelen. Wanneer de open cv niet langer vennootschapsbelastingplichtig is, geniet het verkrijgende lichaam een voordeel dat in principe valt onder de deelnemingsvrijstelling. Zowel in Nederland als in het buitenland woonachtige commanditaire vennoten (natuurlijk personen) kunnen gebruik maken van de voorgestelde aandelenfusiefaciliteit. Ook lichamen die belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting, kunnen deze faciliteit benutten. Dankzij deze aandelenfusiefaciliteit kan de participant die vermogensbestanddelen ter beschikking stelt aan de open cv ook directe fiscale afrekening over zijn terbeschikkingstelling voorkomen. Een vergelijkbare problematiek kan een rol spelen bij een open fonds voor gemene rekening (OFGR), dat op 1 januari 2025 niet meer voldoet aan de nieuwe voorwaarden voor vennootschapsbelastingplicht voor een OFGR. Ook dan kan een aandelenfusie uitkomst bieden.
Tip: De aandelenfusie mag plaatsvinden met een bijbetaling van maximaal 10% van het aandelenkapitaal.
Los af op de schuld aan uw bv
Denkt u dat u, al dan niet samen met uw partner, op 31 december 2024 een schuld aan uw bv zult hebben van meer dan € 500.000? Besef dan dat het meerdere een fictieve winstuitdeling vormt. Over die winstuitdeling moet u belasting betalen. Deze maatregel kan aanleiding zijn om uw schuld aan uw bv te herfinancieren. Bijvoorbeeld door bij een bank een lening aan te gaan.
Let op! Een alternatief voor herfinancieren van het vastgoed is verkoop van het vastgoed aan uw bv. Bedenk daarbij wel dat dit in 2024 10,4% overdrachtsbelasting kost.
In vordering op bv na 1 januari 2025
Als u een vordering op uw bv wilt innen, wacht daar dan mee tot na 1 januari 2025. Op die manier voorkomt u dat het geldbedrag dat u ontvangt meteen in de rendementsgrondslag van box 3 voor het jaar 2025 valt.
Let op! De zaak is gecompliceerder als u vanuit uw privévermogen een lening van maximaal drie maanden heeft verstrekt. De fiscus past in zo’n geval een sanctie toe. De inspecteur rekent de vordering aan uw box 3-vermogen toe en belast tegelijkertijd het voordeel uit terbeschikkingstelling in box 1. Deze sanctie kan ook aan de orde komen als de terbeschikkingstelling langer dan drie maanden maar niet meer dan zes maanden duurde. Maar in deze situatie kunt u de dubbele heffing ontlopen als u aannemelijk maakt dat uw handelingen voor meer dan 50% zijn gebaseerd op zakelijke overwegingen.
Rond kavelruil af vóór 2025
De kavelruilvrijstelling in de overdrachtsbelasting zal niet meer gelden voor woningen, behalve agrarische bedrijfswoningen. Andere opstallen komen alleen in aanmerking als ze minimaal tien jaar agrarisch worden geëxploiteerd. Als niet aan deze voortzettingseis wordt voldaan, is alsnog overdrachtsbelasting verschuldigd, tenzij de onttrekking aan landbouw door overheidsingrijpen gebeurd. Deze wijzigingen verminderen de administratieve lasten en verbeteren de handhaafbaarheid. Ook wil het kabinet hiermee ‘kavelruilconstructies’ tegengaan.
Let op! Men is niet alsnog overdrachtsbelasting verschuldigd als de onttrekking aan de landbouw het gevolg is van overheidsingrijpen.
Beëindig rechtstreekse belegging in Nederlands vastgoed door FBI
Bij het Belastingplan 2025 is een maatregel getroffen die ervoor zorgt dat een fiscale beleggingsinstelling (FBI) niet langer rechtstreeks in Nederlands vastgoed kan beleggen: de vastgoedmaatregel. Belegt een FBI op 1 januari 2025 nog wel rechtstreeks in Nederlands vastgoed, dan kan de FBI het speciale vennootschapsbelastingregime voor FBI’s niet toepassen. Zorg daarom ervoor dat de FBI op tijd voldoet aan de nieuwe regels rondom vastgoedbeleggingen om verlies van het gunstige vennootschapsbelastingtarief voor FBI’s te voorkomen.
Let op! Verwar de FBI niet met de vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI). In tegenstelling tot de VBI is de FBI belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Weliswaar geldt voor de FBI een tarief van 0%, zij moet nog wel aangifte vennootschapsbelasting doen.
Stel hoge dividenduitkering uit tot 2025
Wilt u dat uw bv u een hoog dividend toekent? Overweeg dan om deze dividenduitkering uit te stellen tot 2025. Per 1 januari 2025 daalt namelijk het toptarief van box 2 van 33% naar 31%.
Let op! In 2024 is het inkomen uit aanmerkelijk belang tot een bedrag van € 67.000 belast tegen 24,5%. In 2025 blijft het lage tarief gelijk.
Zet zakelijke sponsoring op
De giftenaftrek in de vennootschapsbelasting en de regeling ‘geven uit de vennootschap’ worden afgeschaft. Vanaf 1 januari 2025 kunnen bedrijven giften aan goede doelen niet langer aftrekken van hun winst. Dit geldt zowel voor giftenaftrek in de Vpb als voor giften vanuit vennootschappen die aandeelhoudersmotieven volgen.
Let op! Bedrijven moeten vanaf 2025 hun donaties herzien en mogelijk herstructureren om fiscale voordelen te optimaliseren. Zakelijke sponsoring en Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen zijn wellicht geschikt als alternatief.
Pas structuur vastgoedlichamen aan
Op grond van de generieke renteaftrekbeperking mag een bv grofweg gezegd per saldo niet meer aftrekken dan 20% van de winst voor afschrijvingen, afwaarderingen en interest of, als dat meer is, € 1 miljoen. Deze renteaftrekbeperking wordt per 1 januari 2025 aangescherpt voor bepaalde vastgoedlichamen. Het gaat om vennootschappen met hoofdzakelijk aan (niet met de vennootschap verbonden) derden verhuurd vastgoed. Voor deze vennootschappen komt de drempel van € 1.000.000 te vervallen, zodat de renteaftrek niet valt te optimaliseren door vastgoedlichamen op te splitsen. Wellicht leidt het samenvoegen van lichamen tot een verhouding tussen rentesaldo en winst die het nieuwe maximum van 25% van de aangepaste winst beter benadert.
Let op! De niet-aftrekbare rente wordt doorgeschoven naar de volgende jaren.
Benut vóór 2025 ab-belastingkorting
Stel, u heeft in 2023 en 2024 geen aanmerkelijk belang (ab) meer, maar nog wel een openstaand verlies uit ab. Zet dan dit verlies nog in 2024 om in een belastingkorting ter grootte van 24,59% van het openstaande ab-verlies. Als u uw ab-verlies in 2024 omzet in een belastingkorting, mag u deze korting aftrekken van de inkomstenbelasting over de box 1-inkomens van 2024 tot en met 2031. Let wel op het jaar waarin u het desbetreffende ab-verlies heeft geleden. De belastingkorting is niet meer van toepassing als het verlies uit ab ouder is dan negen jaar.
Let op! De belastingkorting is niet meer van toepassing als het verlies uit ab ouder is dan negen jaar.
Voer verhoging eindheffing bestelauto in administratie door
Als een bestelauto vanwege de aard van het werk doorlopend afwisselend door twee of meer werknemers wordt gebruikt, is vaak lastig vast te stellen of en aan wie de bestelauto voor privédoeleinden ter beschikking is gesteld. In plaats van een bijtelling bij de werknemers in aanmerking te nemen, kan de werkgever een vast bedrag van € 300 per jaar via de eindheffing betalen. Dit bedrag is sinds 2006 niet gewijzigd. Dit bedrag gaat naar € 438 per jaar en wordt vanaf 1 januari 2026 jaarlijks geïndexeerd, zodat het beter aansluit bij de daadwerkelijke omvang van het privévoordeel. De werkgever dient de verhoging van de eindheffing (jaarlijks) in de loonadministratie door te voeren.
Neem ingekomen werknemer aan vóór 2025
Op het loon van een zogeheten ingekomen werknemer mag u onder voorwaarden de 30%-regeling toepassen. Dat betekent dat voor 30% van het brutosalaris van die werknemer sprake is van een onbelaste vergoeding van extraterritoriale kosten. Om te kwalificeren als een ingekomen werknemer mag die werknemer niet op minder dan 150 kilometer van de Nederlandse grens hebben gewoond. Daarnaast moet hij over een specifieke deskundigheid beschikken die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of schaars aanwezig is. De vraag of iemand een specifieke deskundigheid heeft, beoordeelt de fiscus aan de hand van zijn loon. Voor werknemers zonder universitaire mastergraad of werknemers met universitaire mastergraad en ouder dan 30 jaar geldt in 2024 een minimumloon van € 46.107. Voor werknemers die wel een universitaire mastergraad hebben maar jonger zijn dan 30 jaar geldt een minimumloon van € 35.048. Een andere belangrijke voorwaarde is dat u het loon vóór 1 januari 2025 aanwijst als eindheffingsloon. Het percentage van 30% daalt per 1 januari 2025 naar 27%.
Let op! De 30%-regeling is slechts toe te passen tot maximaal de zogeheten Balkenendenorm (€ 233.000 in 2024) als de werkgever de werknemer aanneemt in 2024.
Schrijf nog dit jaar bestelauto in
Momenteel is de inschrijving in het kentekenregister van een bestelauto voor ondernemers vrijgesteld van BPM-heffing. Deze vrijstelling komt te vervallen per 1 januari 2025. Dit kan voor een ondernemer een reden zijn om nog in 2024 een bestelauto te kopen en te registreren.
Let op! De BPM zal voor bestelauto’s worden gebaseerd op de CO2-uitstoot. Van een klein aantal bestelauto’s is de CO2-uitstoot onbekend of men zou moeten terugvallen op een heel andere manier van berekening van de CO2-uitstoot. Daarom geldt voor deze bestelauto’s een afzonderlijk forfait.
Schenk bedrijf vóór 2025 aan jonge opvolger
Als u als dga de aandelen in uw bv schenkt aan uw kinderen of aan een andere bedrijfsopvolger, leidt dat in beginsel tot een fiscale afrekening. De waarde in het economische verkeer van de aandelen minus uw verkrijgingsprijs is dan namelijk belast. Onder voorwaarden is deze fiscale claim door te schuiven. Met betrekking tot deze regeling zijn diverse wijzigingen voorgesteld. De voorwaarde dat de verkrijger minstens 36 maanden in dienstbetrekking moet zijn geweest, zal per 1 januari 2025 komen te vervallen. In plaats van deze voorwaarde komt de eis dat de verkrijger op het moment van de schenking 21 jaar of ouder moet zijn. Als u de aandelen in uw bv wilt schenken aan uw kind dat al 36 maanden in de onderneming werkt maar dit jaar nog geen 19 jaar wordt, is het van belang ervoor te zorgen dat de schenking vóór 2025 geregeld is. Voor oudere potentiële bedrijfsopvolgers die nog niet zo lang in de onderneming werken, is het in dit opzicht juist beter om te wachten met schenkingen.
Tip: De dienstbetrekkingseis zegt niet hoeveel uren de boogde bedrijfsopvolger voor uw bv moet werken. Het hoeft bovendien niet om een belangrijke functie te gaan.
Stel de toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling veilig
De schenking of vererving van ondernemingsvermogen of een aanmerkelijk belang (ab) zou zonder fiscale faciliteiten leiden tot een fiscale afrekening bij de schenker of erflater. Bovendien zou de begunstigde of erfgenaam veel schenk- of erfbelasting moeten betalen. Dankzij de doorschuifregeling aanmerkelijk belang (DSR ab) is de fiscale afrekening te voorkomen. De bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) zorgt ervoor dat voor de verkrijging van ondernemingsvermogen of een ab een hoge vrijstelling geldt. Maar per 1 januari 2026 worden de BOR en DSR ab beperkt tot directe en indirecte aandelenbelangen van minimaal 5% van het totale geplaatste aandelenkapitaal. Alleen gewone (reguliere) aandelen kwalificeren nog, waarbij niet van belang is of die aandelen stemrecht geven. Kleinere belangen, opties, winstbewijzen en tracking stocks worden uitgesloten van de regelingen.
Een vruchtgebruik of bloot eigendom van gewone aandelen kan nog steeds kwalificeren. De BOR en DSR ab blijven gelden voor preferente aandelen die in het kader van een gefaseerde bedrijfsopvolging zijn uitgegeven.
De BOR kan nu enkel worden toegepast als een verkrijger de onderneming vijf jaar
Tips voor particulieren
Koop economische eigendom van eigen woning in 2025
De aankoop van een zogeheten eigen woning is niet belast met 10,4% zoals ander vastgoed, maar met 2%. Als de verkrijger een natuurlijk persoon is van minstens 18 maar nog geen 35 jaar oud en de waarde van de woning maximaal € 510.000 bedraagt, geldt zelfs een vrijstelling van overdrachtsbelasting. De koper mag deze startersvrijstelling niet al een keer eerder hebben toegepast. Per 1 januari 2025 vindt een verruiming plaats van de toepassing van de startersvrijstelling en het verlaagde tarief voor de overdrachtsbelasting voor woningen. Ook in het geval van een verkrijging van de economische eigendom van eigen woningen kan de koper dan de startersvrijstelling of het verlaagde tarief toepassen mits hij voldoet aan de overige voorwaarden.
Een andere maatregel in de overdrachtsbelasting ziet op de zogeheten sleutelovereenkomst. Dat is een overeenkomst waarbij de verkoper en koper van een pand afspreken dat de sleutels al voor het ondertekenen van de akte van levering aan de koper ter beschikking worden gesteld. Sleutelovereenkomsten die normaliter leiden tot economische eigendom van een woning worden uitgesloten van overdrachtsbelasting (OVB). Hiervoor gelden de volgende eisen:
• De sleutelovereenkomst moet samenhangen met de verplichtingsovereenkomst voor levering van de woning.
• De juridische eigendom moet binnen zes maanden na de sleutelovereenkomst worden overgedragen.
• De startersvrijstelling of het 2%-tarief moet van toepassing zijn.
Zo is er geen sprake meer van een belastbare verkrijging voorafgaand aan de (juridische) verkrijging.
Let op! Is bij de verkrijging van de economische eigendom de startersvrijstelling benut, dan is deze niet opnieuw te benutten bij de latere verkrijging van de juridische eigendom.
Verkoop groene beleggingen pas in 2025
Groene beleggingen zijn tot een bedrag van € 71.2512 (bedrag 2024) vrijgesteld in box 3. U mag de vrijstelling eerst zo veel mogelijk toerekenen aan overige beleggingen, voordat u het restant moet toerekenen aan spaartegoeden. Dat is gunstig, want het forfaitair rendement voor spaartegoeden is immers veel lager dan het forfaitair rendement voor overige beleggingen.
Let op! Als u een fiscale partner heeft, bedraagt de vrijstelling voor u gezamenlijk € 142.502 (bedrag 2024).
Stel verkoop (hypotheekvrije) woning uit tot 2025
Bent u van plan om binnenkort uw schuldenvrije woning te verkopen zonder direct een nieuwe woning aan te kopen? Misschien is het beter daarmee te wachten tot in 2025. Bij een verkoop vóór 1 januari 2025 telt de ontvangen verkoopsom immers mee in de grondslag van de vermogensrendementsheffing van het jaar 2025 (peildatum 1 januari 2025). Als u de woning bijvoorbeeld op 5 januari 2025 verkoopt, valt de koopsom in 2025 niet in box 3.
Los kleine schulden uiterlijk 31 december 2024 af
Vanuit fiscaal oogpunt is het voordelig om kleine schulden af te lossen vóór 1 januari 2025 als u voldoende liquide middelen heeft om dit te doen. Schulden verminderen de heffingsgrondslag van box 3 namelijk pas als zij de drempel van € 3.700 (€ 7.400 voor fiscale partners) overschrijden (bedrag 2024). De aflossing van schulden met box 3-vermogen leidt daarentegen tot een directe daling van de rendementsgrondslag. Los deze schulden daarom zo veel mogelijk af vóór de peildatum van 1 januari 2025.
Schenk in 2024 aan 39-jarig kind
Personen tussen de 18 en 40 jaar kunnen in principe één keer in hun leven een beroep doen op een verhoogde vrijstelling van schenkbelasting voor schenkingen door hun ouders. De dag van de 40e verjaardag valt overigens nog binnen de leeftijdsgrens. De verhoogde vrijstelling bedraagt in 2024 € 31.813. Heeft u een kind dat binnenkort de leeftijd van veertig jaar gaat bereiken en is nog niet eerder de verhoogde vrijstelling benut? Wees dan op tijd met het doen van een schenking waarop de verhoogde vrijstelling is toe te passen.
Tip: Voor een schenking aan kinderen tussen de 18 en 40 jaar ten behoeve van een dure studie geldt een hogere vrijstelling. Deze vrijstelling bedraagt in 2024 namelijk € 66.268.
Laat kind onderhoud aan woning in 2024 afronden
Heeft uw kind in 2022 een schenking ontvangen om daarmee zijn eigen woning te verbeteren of te onderhouden? Waarschijnlijk heeft uw kind toen de verhoogde schenkingsvrijstelling van op dat moment € 106.671 toegepast op de schenking. Een voorwaarde voor deze vrijstelling was dat de schenking plaatsvond onder de ontbindende voorwaarde dat het geschonken bedrag binnen twee jaar na het kalenderjaar van schenking moet zijn besteed aan de verbetering of het onderhoud. Wijs uw kind er dus op dat de werkzaamheden vóór 2025 moeten zijn afgerond, anders vervalt de vrijstelling!
Stel verkoop (hypotheekvrije) woning uit tot 2025
Bent u van plan om binnenkort uw schuldenvrije woning te verkopen zonder direct een nieuwe woning aan te kopen? Misschien is het beter daarmee te wachten tot in 2025. Bij een verkoop vóór 1 januari 2025 telt de ontvangen verkoopsom immers mee in de grondslag van de vermogensrendementsheffing van het jaar 2025 (peildatum 1 januari 2025). Als u de woning bijvoorbeeld op 5 januari 2025 verkoopt, valt de koopsom in 2025 niet in box 3.
Betaal uw partneralimentatie nog in 2024
Alimentatiebetalingen zijn qua effect slechts aftrekbaar tegen het lage tarief in box 1. De wetgever wil dit tarief in 2025 verlagen, zodat het fiscaal gezien voordelig kan zijn om al in 2024 de partneralimentatie te betalen en af te trekken tegen 36,97%. Ter vergelijking, als u in 2025 de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet bereikt en volledig premieplichtig bent voor de volksverzekeringen, krijgt u naar verwachting te maken met de volgende tarieven:
• 35,82% (tarief 2025, tarief 2024: 36,97%) over uw box 1-inkomen tot en met € 38.441 (bedrag 2025, bedrag 2024: € 38.098);
• 37,48% (tarief 2025, tarief 2023: 36,97%) over uw box 1-inkomen van € 38.441 tot en met € 76.814 (bedrag 2025, bedrag 2024: € 75.518); en
• 49,50% (in 2025 en in 2024) over uw box 1-inkomen voor zover dit inkomen meer bedraagt dan € 76.814 (bedrag 2025, bedrag 2024: € 75.518).
Let op! Alimentatie voor kinderen is als zodanig niet aftrekbaar.
Gebruik 2024 voor middeling
Hoewel de middelingsregeling per 1 januari 2023 is afgeschaft, kunt u het jaar 2024 eventueel opnemen in een middelingstijdvak van drie jaren. Middeling is mogelijk als u over het middelingstijdvak meer belasting hebt betaald dan u betaald zou hebben als u in die drie jaar gelijkmatige inkomsten had genoten. Bij middeling vindt voor drie achtereenvolgende jaren een herrekening van de belasting plaats op basis van het gemiddelde inkomen. Is die belasting meer dan € 545 lager dan de betaalde belasting, dan krijgt u het meerdere terug. Om de middelingsteruggaaf te krijgen, moet u een verzoek indienen bij de Belastingdienst. U kunt het verzoek indienen tot 36 maanden na het moment waarop de laatste aanslag van die drie jaar onherroepelijk vaststaat. Een aanslag is onherroepelijk als de termijn van zes weken voor bezwaar, beroep, hoger beroep of cassatie is verstreken. Op internet zijn diverse tools beschikbaar om de middelingsteruggaaf te bepalen.
Let op! Het laatste tijdvak waarover men kan middelen zal bestaan uit de jaren 2022, 2023 en 2024.
Ga in bezwaar tegen box 3-heffing
Op 24 december 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het box 3-stelsel sinds 1 januari 2017 een schending vormt van het Europees recht. Vanwege dit arrest is de wetgever met een nieuw systeem gekomen, waarin echter nog steeds forfaits voorkomen. Inmiddels heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het nieuwe systeem nog steeds het Europees recht schendt. Wie kan aantonen dat zijn werkelijke rendement over zijn vermogen in box 3 lager is dan het forfaitaire rendement, heeft daardoor recht op rechtsherstel. Het is daarom aan te raden om in bezwaar te gaan tegen een eind 2024 opgelegde aanslag die is gebaseerd op een forfaitair box 3-rendement dat het werkelijk rendement overtreft. Daarbij is van belang om dit binnen de termijn te doen! De normale bezwaartermijn is zes weken. De bezwaartermijn begint op de dag na die van de dagtekening van het aanslagbiljet.
• Bij de vaststelling van het werkelijke rendement moet men kijken naar het gehele vermogen in box 3 zonder aftrek van het heffingvrije vermogen.
• Het is niet toegestaan om rekening te houden met inflatie en evenmin met positieve of negatieve rendement in andere jaren.
• Het werkelijke rendement omvat niet alleen voordelen die uit vermogensbestanddelen worden getrokken, zoals rente, dividend en huur, maar ook positieve en negatieve waardeveranderingen van die vermogensbestanddelen. Ook ongerealiseerde waardeveranderingen behoren tot het werkelijke rendement. Men mag geen rekening houden met kosten, maar wel met rente van schulden die tot het vermogen in box 3 behoren.
Betaal nog in 2024 uw lijfrentepremie
Heeft u een pensioengat? Dan kan het interessant zijn om een lijfrenteovereenkomst af te sluiten. Een bijkomend voordeel is dat de lijfrentepremies binnen bepaalde grenzen fiscaal aftrekbaar zijn. De aftrek van lijfrentepremies is trouwens in eerste instantie beperkt tot de zogeheten jaarruimte. Onder voorwaarden kunt u nog de reserveringsruimte gebruiken. Een andere voorwaarde is dat u de premie daadwerkelijk hebt betaald in het jaar waarin u de premie wilt aftrekken. Wilt u al over 2024 uw lijfrentepremie kunnen aftrekken? Zorg er dan voor dat u de lijfrentepremie betaalt vóór 1 januari 2025.
Tip: Stel dat u in de afgelopen vijf jaar lijfrentepremies heeft betaald zonder deze op te geven in uw aangifte inkomstenbelasting. Inmiddels staat de desbetreffende aanslag al onherroepelijk vast. Uw laatste redmiddel is dan het indienen van een verzoek om ambtshalve vermindering bij de inspecteur. U moet dan wel kunnen bewijzen dat u de betaalde premie niet hebt afgetrokken. Dat kunt u bijvoorbeeld doen met kopieën van uw aangifte en de aanslag over de betreffende jaren. Wilt u voor ambtshalve teruggave over 2019 in aanmerking komen? Dien dan uiterlijk 31 december 2024 een verzoek om een ambtshalve vermindering in!
Sluit nog dit jaar samenlevingscontract
Fiscaal partnerschap kan bepaalde voordelen bieden, bijvoorbeeld als een van de partners zijn heffingsvrij vermogen in box 3 niet volledig benut. Als u en uw partner nog niet elkaars fiscale partner zijn, kunt u nog regelen dat u voor heel 2024 als elkaars fiscale partner voor de inkomstenbelasting wordt aangemerkt. U moet dan op zijn minst ongehuwd samenwonen en per 1 januari 2024 op hetzelfde woonadres staan ingeschreven. Daarnaast moet een bepaalde situatie aan de orde zijn. De situatie die u het makkelijkst op korte termijn kunt realiseren, is het afsluiten van een notarieel samenlevingscontract. Regel dit vóór 1 januari 2025 en voldoe aan de eerdergenoemde voorwaarden. Dan kunt u alsnog voor heel 2024 als fiscale partners worden aangemerkt. Let daarbij wel op eventuele nadelen, zoals het samenvoegen van de schuldendrempels in box 3.
Tip: Er zijn nog vijf andere situaties waardoor men fiscaal partnerschap voor de inkomstenbelasting voor het hele jaar kan verkrijgen. Namelijk als uit uw relatie een kind is geboren, een van u beiden een kind van de ander heeft erkend, een van u beiden als partner van de ander is aangemerkt in een pensioenregeling, u samen met uw partner een eigen woning bezit of als op uw woonadres een minderjarig kind van een van u beiden staat ingeschreven. In dat laatste geval moeten u en uw partner beiden meerderjarig zijn.
Vraag snel om teruggaaf over 2019
Had u over 2019 nog recht op een teruggaaf inkomstenbelasting? Maar bent u vergeten deze teruggaaf aan te vragen? In dat geval hebt u tot 1 januari 2025 de tijd om de teruggaaf alsnog aan te vragen. De Belastingdienst betaalt u het belastingbedrag alleen terug als dit de teruggaafdrempel overschrijdt. In 2019 bedroeg deze € 15, in plaats van de € 18 die voor 2024 geldt.
Verzoek om voorlopige aanslag IB 2023
De inspecteur brengt rente in rekening op een aanslag inkomstenbelasting 2023 die hij oplegt na 1 juli 2024. Voor wat betreft de inkomstenbelasting was deze rente van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2023 6% per jaar. Sinds 1 januari 2024 is deze rente zelfs 7,5% per jaar. In vergelijking met de rente die de bank u vergoedt, is deze rente hoog. U kunt belastingrente beperken door zo snel mogelijk een voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2023 aan te vragen. Verwacht u dat u voor 2023 nog moet bijbetalen? Dan is het zinvol zo snel mogelijk een voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2023 te vragen aan de Belastingdienst.
Tip: Als u een belastingaanslag 2023 niet of te laat tijd betaalt, brengt de Belastingdienst ook nog invorderingsrente in rekening. Die rente komt bovenop de belastingrente. Vanaf 1 januari 2024 geldt een invorderingsrente van 4%.
Betaal uw ziektekosten vooruit
Denkt u nog bepaalde ziektekosten te maken waarvan u zelf kunt bepalen of u ze in 2024 of in 2025 betaalt? Besef dan dat u deze ziektekosten dit jaar tegen een hoger maximaal effectief tarief (36,97%) kunt aftrekken dan in 2025 (35,82%). De volgende ziektekosten zijn aftrekbaar:
• geneeskundige hulp (met uitzondering van ooglaseren ter vervanging van een bril of contactlenzen);
• vervoer van zieken en invaliden;
• medicijnen op doktersvoorschrift;
• andere hulpmiddelen die vanwege hun aard voor minstens 70% worden gebruikt door zieke of invalide personen. Brillen, contactlenzen, overige hulpmiddelen voor de ondersteuning van het gezichtsvermogen, scootmobielen, rolstoelen en aanpassingen aan, in of om de woning (dit begrip kunt u ruim opvatten) behoren niet tot de aftrekbare ziektekosten;
• extra gezinshulp (hiervoor geldt een forfaitaire drempel);
• medische dieetkosten (hiervoor gelden forfaitaire bedragen);
• extra kleding en beddengoed (hiervoor gelden forfaitaire bedragen); en
• reizen voor regelmatig ziekenbezoek (volgens tabel).
Deze uitgaven hoeven niet uitsluitend plaats te vinden ten behoeve van u(w partner). Hebben de uitgaven betrekking op uw kinderen van jonger dan 27 jaar, eventuele inwonende en zorgafhankelijke ouders, broers en/of zussen en/of ernstig gehandicapte personen van 27 jaar of ouder binnen uw huishouden? Ook dan kunnen deze uitgaven aftrekbaar zijn.
Let op! In beginsel kunt u uw ziektekosten pas aftrekken als zij een drempel overschrijden. Deze drempel hangt af van het verzamelinkomen van u en uw partner. Als uw verzamelinkomen bijvoorbeeld in 2024 een bedrag van € 50.034 op jaarbasis overtreft, dan is de drempel voor ziektekosten 5,75% x (verzamelinkomen -/- € 50.034) + € 8.259. Heeft u een fiscale partner? Voeg dan de uitgaven voor specifieke zorgkosten en het gezamenlijk verzamelinkomen vóór toepassing van de persoonsgebonden aftrek van u beiden samen.
Bewaar bewijs van immobiliteit
Per 1 januari 2025 zijn vervoerskosten voor het verkrijgen van medische hulp en hulpmiddelen aftrekbaar als ziektekosten. Daarbij bedraagt de aftrek € 0,23 per kilometer als men met de auto (geen taxi) reist. Voor ander vervoer, zoals taxi of het OV, zijn de werkelijke kosten aftrekbaar. Voor bovenmatige vervoerskosten wegens ziekte of invaliditeit geldt een aftrek van € 925 per jaar. Maar dan moet u wel overtuigend kunnen aantonen dat u niet in staat bent meer dan 100 meter zelfstandig te kunnen lopen, conform de gehandicaptenparkeerkaart en de OV-Begeleiderskaart.
Let op! Deze aftrek moet u toevoegen aan de andere ziektekosten. Pas als en voor zover het totaal boven de drempel uitkomt, heeft u recht op aftrek.
Voeg giften zo veel mogelijk samen
Giften aan goede doelen kunnen aftrekbaar zijn van de belasting. Het goede doel moet dan een zogeheten algemeen nut beogende instelling (ANBI) zijn. Gewone giften zijn echter niet volledig aftrekbaar. Er is een bedrag dat niet aftrekbaar is, een drempel. In 2024 is deze drempel € 60 of, als dat meer is, 1% van het gezamenlijke (drempel)inkomen. Als u alle giften in één jaar betaalt, heeft u slechts één keer te maken met een niet-aftrekbaar bedrag. Het kan daarom verstandig zijn om giften zoveel mogelijk in één jaar te betalen.
Tip: Gewone giften hebben naast een drempelbedrag ook te maken met een maximaal aftrekbaar bedrag. Maximaal is als gift 10% van het gezamenlijke drempelinkomen aftrekbaar. Denk hieraan als u giften zoveel mogelijk in één jaar wilt betalen.
Let op! In het geval dat de totale waarde van de giften in natura in een jaar de € 10.000 overschrijdt, moet de schenker een onafhankelijk taxateur de waarde in het economische verkeer van de giften laten vaststellen. Zo onderbouwt de schenker de waarde die hij opgeeft in zijn aangifte inkomstenbelasting.
Doneer in 2024 aan culturele instelling
Als u dit jaar nog een schenking wilt doen aan een goed doel, overweeg dan eens een donatie aan een culturele algemeen nut beogende instelling (culturele ANBI). Dat is fiscaal voordeliger dan een donatie aan een gewone ANBI. Een gift aan een culturele instelling levert u voor de inkomstenbelasting een aftrekpost op van 125% van het geschonken bedrag, in plaats van 100%. Maar de extra aftrek van 25% is gemaximeerd op € 1.250.
Tip: Als u een eigen bv heeft, kunt u in 2024 ook nog via uw bv ook schenken aan een culturele instelling. Dat levert in de vennootschapsbelasting een extra aftrek op van 50% van het bedrag dat uw bv heeft geschonken aan culturele instellingen. Deze extra aftrek bedraagt maximaal € 2.500.
Aandachtspunten
Als u over 2024 arbeidsinkomen geniet, heeft u recht op een onderdeel van de heffingskorting: de arbeidskorting. De arbeidskorting bedraagt 8,425% over de eerste € 11.490 aan arbeidsinkomen. Voor zover uw arbeidsinkomen meer bedraagt dan € 11.490 maar niet meer dan € 24.820, bedraagt uw arbeidskorting 31,433% van dat deel van uw arbeidsinkomen. Over het meerdere bedraagt de arbeidskorting 2,471%. Uw arbeidskorting over 2024 bedraagt maximaal € 5.532.
• U moet de maximale arbeidskorting van € 5.532 verminderen met 6,51% van uw arbeidsinkomen voor zover uw arbeidsinkomen meer bedraagt dan € 39.957.
• De hiervoor genoemde bedragen gelden voor personen die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt.
• In 2025 bedraagt de arbeidskorting naar verwachting maximaal € 5.599.